De viscacha (Lagostomus maximus) is een lid van de familie van de wolmuizen, net zoals de chinchilla.
Kenmerken
Het dier heeft een grijs-bruine vacht, die heel dicht en zacht is. De kleur van de buik is wit en de staart heeft een zwarte punt. Die staart is zo’n 15-20 centimeter lang. Op de vrij platte kop zie je zwarte en witte strepen die horizontaal over de kop lopen.
De viscacha weegt tussen de 5 en 10 kilo en wordt 45-65 centimeter lang. De mannetjes zijn vaak 2x zo waar als de vrouwtjes.
Waar vind je de viscacha?
Deze grote wolmuis komt voor op de pampa’s van Patagonië, Zuidoost-Bolivia, Zuid- en West-Paraguay, Noord-, Centraal- en Oost-Argentinië en Chili.
In de hoge bergen van de Andes (daar waar de Andescondor boven hun hoofden zweeft) komen de dieren ook voor tussen de puinrotsen waar nog redelijk wat groen is. Hier hebben ze ongeveer dezelfde leefwijze als de marmotten in de Alpen.
Hoe leeft de viscacha?
De viscacha leeft in een hol en legt daar uitgebreide gangenstelsels (met een centrale ruimte) aan, viscachera’s genaamd. In een viscachera leven ze met vijftien tot wel vijftig dieren.
Als het gaat schemeren verlaat de viscacha het hol om op zoek te gaan naar gras, zaden en wortels.
Viscacha’s en mensen
Net zoals de chinchilla wordt er door mensen op dit dier gejaagd vanwege hun mooi, zachte en dichte vacht. En omdat hun gangenstelsels en gevaar zijn voor mensen, koeien en paarden is er een extra reden voor mensen om op deze dieren te jagen.
Gelukkig is het (nog) niet zo erg dat deze dieren een bedreigde diersoort zijn.