De chincilla (Chinchilla lanigera) is een knaagdier uit de familie wolmuizen dat (helaas) veel gefokt wordt vanwege z’n vacht. In het wild vind je nauwelijks meer chincilla’s.
Waar komt de chincilla vandaan?
Oorspronkelijk komt dit dier uit het Andesgebergte in Zuid-Amerika (net zoals de andescondor). In de 17e eeuw viel het oog van Spaanse kolonisten om de bijzondere vacht van de chincilla en werd begonnen met de export naar Europa. In de 19e eeuw waren de pelzen samen met koffie het grootste exportproduct van Zuid-Amerika. Het treurige gevolg hiervan is dat de chincilla rond 1910 zo goed als uitgestorven was
Kenmerken
De chinchilla is bekend vanwege zijn pluizige staart en zachte en dichte vacht: er groeien 40 tot wel 120 haren uit elke haarwortel! Deze dieren kunnen verschillende kleuren hebben zoals grijs, beige, wit, zwart en bruin. Ook een combinatie van die kleuren is bij sommige exemplaren mogelijk.
Het diertje word zo’n 22-23 centimeter lang met daarbij nog een staart van 13-18 centimeter. Chincilla’s wegen ongeverd 450-700 gram.
Hoe leeft een chincilla?
Deze dieren zijn echte groepsdieren, als je ze thuis wilt houden zorg dan ook dat je ze in een groep zet. Een groep mannetjes (bokjes) gaat prima samen, net zoals een groep met alleen vrouwtjes. Meerdere mannetjes bij vrouwtjes zal tot felle ruzies leiden met mogelijk zelfs de dood tot gevolg. Als een chincilla kwaad is gaat hij rechtop staan, grommen en z’n belager besproeien met urine.
Chinchilla’s zijn briljante klimmers, zorg dan ook dat ze lekker kunnen klauteren. Het nadeel is ook dat ze af en toe botbreuken oplopen als het misgaat, maar ze herstellen snel van simpele botbreuken.
Als de chinchilla veel zand om zicht heen heeft kan hij zelf z’n vacht reinigen door een zandbad. Zonder zandbad kan het dier z’n vacht niet schoonhouden.
Wat eet een chincilla?
De chincilla is een echte herbivoor (planteter) en leeft in de vrije natuur van grassen, kruiden en struiken. Als je ze in gevangenschap houdt: ze mogen geen suiker, vet of vochtige dingen.
In tegenstelling tot veel andere knaagdieren, is de chinchilla geen graan- of zaadeter.