De Borneose orang-oetan (Pongo pygmaeus) is één van de 3 soorten orang-oetans en familie van de mensachtigen. Voorheen werden alle orang-oetans als hetzelfde soort gezien, maar naast de Borneose orang-oetan worden de Sumatraanse orang-oetan en de Tapanuli orang-oetan tegenwoordig als verschillende soorten gezien. De naam geeft al weg in welk gebied deze orang-oetan leeft, namelijk op het eiland Borneo wat bij Zuidoost Azië hoort.
Leefwijze van de Borneose orang-oetan
Zoals je misschien al verwacht leeft deze orang-oetan vooral in bomen. Hij is daar zelfs zo vaak te vinden dat hij maar ongeveer 5 procent van zijn leven op de grond komt. Ook zijn slaapplek bevindt zich hoog in de bomen in een zelf gevlochten nest van takken. De orang-oetan doet zijn naam ook eer aan, orang-oetan betekent in het Indonesisch en Maleis namelijk: persoon van het bos. De Borneose orang-oetan heeft overdag een actief leven.
Een groot deel van de dag is hij op zoek naar eten. Voor deze orang-oetan is het belangrijk dat hij onthoudt wanneer en waar hij voedsel kan vinden, omdat planten over het hele bos verspreid zijn en verschillende bloeitijden hebben. Naast vruchten eet hij ook boomschors, bladeren, lianen en merg uit takken. Heel soms gaan er ook eieren, insecten, kleine hagedissen en jonge vogeltjes in. Af en toe gaat hij zelfs in de weer met een stok in het water om vissen te vangen.
Kenmerken van de Borneose orang-oetan
De orang-oetan weegt ongeveer net zoveel als de mens, maar heeft wel een andere lichaamsbouw. Vooral de armen zijn kenmerkend, die kunnen tot wel 1.5 meter lang worden. De huid heeft een grijze kleur en de haren zijn ruw en roodachtig van kleur. Hoewel veel zoogdieren haar in hun gezicht hebben, is dit bij de Borneose orang-oetan niet zo. Verder hebben vooral mannetjes opvallende grote wangkwabben, een keelzak en een kleine rode baard. Vrouwtjes hebben dit minder.
- Gewicht: mannetjes tussen de 50-100 kilo en vrouwtjes tussen de 30-50 kilo
- Lengte: mannetjes tussen de 120-140 centimeter en vrouwtjes tussen de 100-120 centimeter
- Levensverwachting: 35-45 jaar
- Vachtkleur: Roodachtig
Gedrag
De Borneose orang-oetan spendeert veel van zijn tijd alleen. In tegenstelling tot vrouwtjes, kunnen mannetjes dreigen als er andere mannetjes in hun buurt komen. Vrouwtjes tolereert hij daarentegen beter. Mannetjes en vrouwtjes zien elkaar meestal alleen om te paren, verder zien ze elkaar nauwelijks. Het gedrag wat dit soort orang-oetan uit, is op veel vlakken te vergelijken met die van de mens. Zo gebruiken ze bladeren om ontlasting af te vegen en om scherpe dingen vast te pakken. Ook gebruiken ze een stok met blad eraan als vliegenmepper of als paraplu. Ook gebruikt hij de stok wel eens om op zijn rug te krabben.
Voortplanting
Borneose orang-oetan vrouwtjes worden vruchtbaar tussen hun 6e en 11e levensjaar. Echter komt het vaak voor dat ze pas jongen krijgen als ze 14 of 15 jaar zijn. Orang-oetans planten zich langzaam voort en zijn zelfs het langzaamste voortplantende zoogdier met gemiddeld één geboorte in 8 jaar tijd. Als er jongen geboren worden, zijn ze de eerste jaren constant bij hun moeder. Ze klampen zich vast aan de buik van de moeder door zich vast te houden aan de vacht. Als ze ongeveer 4 jaar zijn gaan ze hun omgeving ontdekken en zijn ze actief door veel met andere jonge orang-oetans te spelen. Jonge orang-oetans zijn doorgaans pas zelfstandig en onafhankelijk als ze 7 jaar oud zijn.
Bedreigde diersoort
Op de rode lijst van de IUCN (organisatie voor natuur en beschermde gebieden) valt deze diersoort onder de categorie “ernstig bedreigde diersoort”. De grootste oorzaak hiervan is de illegale houtkap, goudwinning en landbouw in het leefgebied van de Borneose orang-oetan. In ongeveer 20 jaar tijd is 80 procent van dit gebied vernietigd door al deze illegale activiteiten. Daarnaast is er een derde van dit soort orang-oetan om het leven gekomen door de bosbranden die in 1997 en 1998 in Borneo plaatsvonden. Een andere oorzaak van de bedreiging van dit diersoort is te wijten aan het toedoen van de mens. Er zijn mensen die de deze orang-oetans gevangen nemen en ze illegaal verhandelen als huisdier.